woensdag 18 december 2013

Overzicht herfst 2013

Dit had u nog te goed: een overzicht van de meteorologische herfst van 2013 in Drongen-Baarle. Begin november ontbreken de waarnemingen enkele dagen. Mijn weerstation was uitgevallen toen ik in het buitenland was, waardoor ik niet kon ingrijpen, helaas.






dinsdag 10 december 2013

Gezocht: ijsmeester voor de regio Mechelen

In de regio Schelde-Neteland heeft het Agentschap voor Natuur en Bos een gebied "schaatsrijp" gemaakt voor liefhebbers van natuurijs. Het gebied ligt in de gemeente Leest, vlak bij Mechelen. De verantwoordelijken van dit gebied zijn nu op zoek naar een gemotiveerde en enthousiaste ijsmeester (m/v).

Die ijsmeester is een ervaren schaatser, met de nodige kennis van natuurijs. Hij/zij houdt van bij het begin van een vorstperiode de ijsvorming op het schaatswater goed in de gaten en zal de bevoegde instanties bijstaan om te oordelen of het ijs al dan niet vrijgegeven kan worden voor de grote massa. Hij/zij is ook verantwoordelijk voor het eventueel uittekenen van een veilige ijsbaan en het sneeuwvrij houden van het traject, uiteraard met hulp van andere vrijwilligers.
Voor specifiek meteorologisch advies tijdens vorstperiodes mag de ijsmeester in spé  mij altijd contacteren, ik zal hem/haar met veel plezier bijstaan.

Wie geïnteresseerd is, kan contact opnemen met mij via het contact-formulier van deze site. Ik breng de kandidaten dan in contact met de verantwoordelijken.

Schaatsers uit Mechelen en omgeving, grijp deze kans!


zaterdag 7 december 2013

Terugblik op het gevaarlijk stormtij

Nu de rust is teruggekeerd op de weerkaarten, is het tijd om eens terug te blikken op het gevaarlijk stormtij dat in de nacht van 5 op 6 december optrad. Tijdens dat stormtij werd aan onze kust de hoogste waterstand opgetekend sinds de watersnoodramp van 1 februari 1953. Gelukkig leidde de stormvloed tot weinig of geen schade. Dat zorgde er meteen voor dat er her en der te horen viel dat de situatie op voorhand overroepen was en dat al die voorzorgsmaatregelen eigenlijk niet nodig waren. Is dat ook zo? Het antwoord is een kort en krachtig: nee.

De woelige Noordzee op 6 december in Raversijde (foto Ria Ceulemans)


Was de stormwind overschat, zoals hier en daar te horen viel? Nee. Van meet af aan hebben de meteorologen aangekondigd dat de storm op zich allesbehalve uitzonderlijk was. De windverwachting is perfect uitgekomen: donderdagnamiddag stond er, zoals al dagenlang verwacht, op volle zee kortststondig een 9 Bft uit het westen, met rukwinden tot 100 km/u en aan de kust een harde tot stormachtige wind (7 à 8 Bft). De verwachte waardes zijn dus perfect uitgekomen. Wat het bijzonder maakte, was dat deze storm samenviel met een springtijperiode én dat de wind over het grootste deel van de Noordzee uit het noordwesten tot noordnoordwesten kwam. Daardoor werd een grote watermassa opgestuwd in de richting van onze kust.

Ook de waterstand was correct ingeschat. De verwachte waarde was 630 cm TAW. Op de diverse meetlocaties langs onze kust zijn uiteindelijk waarden opgetekend tussen 615 en 635 cm TAW. Vanaf een peil van 590 cm TAW is er officieel sprake van een "gevaarlijk stormtij".

Op basis hiervan mogen we gerust stellen dat de storm en de stormvloed op voorhand niet overschat zijn.

Vergelijkingen met eerdere situaties
De eerste waarschuwing voor een gevaarlijk stormtij is uitgegeven op dinsdag 3 december 2013. Meteen is toen de procedure op gang gebracht om onze kust extra te beschermen. Nog die dag zijn de mariene meteorologen van het OMS gelijkaardige situaties uit het verleden met elkaar gaan vergelijken. Het was duidelijk dat de meteorologische toestand ernstiger was dan op 9 november 2007 en 2 januari 1995, toen respectievelijk waterstanden van 593 cm TAW en 586 cm TAW zijn opgemeten. Het windveld over de Noordzee was wel duidelijk iets minder strak dan dat van de grote watersnoodstorm op 1 februari 1953. Toen kwam het water in Oostende tot 666 cm TAW. De binnenlopende resultaten van de getijmodellen bevestigden deze stelling.


De verwachting van het OPTOS- BCZ-getijmodel van 4 december (bron: mumm.ac.be)


Bij de stormvloed van 1 februari 1953 vielen in Nederland ruim 1836 doden, in België 28. Onder meer de binnenstad van Oostende liep toen onder water. De verwachte waterstand voor 6 december was de hoogste sinds die noodlottige datum. Het was dus echt geen moment om passief toe te kijken en af te wachten wat er zou gebeuren. Volkomen terecht werd beslist om diverse zwakke plaatsen extra te beveiligen.

Er is gelukkig veel veranderd sinds 1953. Reusachtige infrastructuurwerken zijn sindsdien uitgevoerd om onze kust en die van Nederland te beschermen tegen een volgende stormvloed. Dat het gevaarlijke stormtij van 6 december nauwelijks schade opleverde, toont aan dat het goed bestede uitgaven waren.
De stormvloed van 1953 kwam ook onverwacht. De eerste waarschuwingen kwamen er pas op 31 januari, minder dan 24 uur voor de ramp zich zou voltrekken. De meteorologie stond toen nog lang niet zo ver als vandaag. Het was in die tijd ook nog veel moeilijker om de verantwoordelijken en de bevolking tijdig te informeren. Nu was er al dagen op voorhand gewaarschuwd.

De stormvloed van 6 december heeft een paar dingen duidelijk gemaakt. Onze kust kan een stormtij dat net iets minder krachtig is dan dat van 1 februari 1953 probleemloos aan, dankzij het werk en de inspanningen van de vorige en huidige generaties. Dit was ook een belangrijke test voor de getijmodellen, die nog nooit dergelijke hoge waterstanden hadden berekend. Ze hebben bewezen dat ze zeer accuraat omgaan met extreme omstandigheden, want de modeluitvoer sloot vrijwel perfect aan bij de werkelijk opgetreden waterstand.

Les voor de toekomst
Eén belangrijke les moeten we zeker in het achterhoofd houden: het kan nog veel erger. Een stormvloed is altijd het resultaat van drie factoren die samenvallen: springtij, windrichting en windkracht.
Het voorbije stormtij vond plaats op het einde van een springtijperiode. Het harmonisch hoogwater (zonder invloed van de wind) bedroeg vrijdagochtend 478 cm TAW. Een paar keer per jaar haalt het harmonische springtij waarden van rond de 510 cm TAW.
De grootste opstuwing vindt plaats als de wind over de hele lengte van de Noordzee uit het noordwesten waait. Nu kwam de wind bij ons tijdens het hoogtepunt van de storm nog uit het westen.
De grootste opstuwing vindt uiteraard ook plaatst bij de sterkste wind. Nu was de wind bij het gevaarlijke hoogwater al geluwd tot 7 Bft.

Alle drie de factoren waren vorige vrijdag aanwezig om voor een stormvloed te zorgen, maar geen van de drie was "optimaal". Het is perfect mogelijk dat ooit de 3 factoren wel noodlottig samenvallen: een zeer hoog astromomisch springtij met een zeer zware storm (11 of 12 Bft) die over de hele Noordzee uit het noordwesten tot noordnoordwesten waait. In dat geval moeten we voorbereid zijn op een waterstand die de 630 cm TAW en zelfs de 666 cm TAW ruim kan overschrijden. We mogen nu dus niet op onze lauweren gaan rusten nu we dit gevaarlijk stormtij zonder noemenswaardige problemen hebben doorgemaakt.

Het opgespoten zand heeft onze kustlijn goed beschermd, maar is nu wel deels weggespoeld. (foto Ria Ceulemans, Oostende)



donderdag 5 december 2013

Update gevaarlijk stormtij

****Dit is een archief-artikel uit 2013******


Update 05/12 20.30 uur:

De nieuwe berekeningen van de getijmodellen zijn daarnet binnengelopen en tonen geen verandering. De verwachte waterstand vannacht blijft 6m30, met een marge tussen 6m10 en 6m50.
Ook voor de getijmodellen is dit een grote test. Nooit eerder kregen ze met gelijkaardige omstandigheden te maken. Dit wordt in elk geval een uitstekende testcase om te zien hoe betrouwbaar ze zijn in extreme omstandigheden.Hopelijk komt iedereen de nacht en de ochtend goed door. Veel dank in elk geval voor de honderden mensen die nu druk in de weer zijn om onze overstromingsgevoelige gebieden te beschermen!




Een depressiekern boven de Noordzee trekt naar de Baltische Staten en zorgt daarbij op een groot deel van de Noordzee voor een (plaatselijk zware) noordwesterstorm. Aan onze kust valt het nog mee met de windkracht en staat er deze namiddag 8 à 9 Bft uit het westen op volle zee. Aan de kust neemt de wind toe tot 7 à 8 Bft, met rukwinden tot 90 km/u. Dat is een stevige wind, maar op zich zeker geen uitzonderlijke situatie.

De verwachtingskaart voor komende nacht toont de langgerekte stroming over de hele lengte van de Noordzee.


Het probleem is niet de sterkte van de wind, noch de hoogte van de golven. Het grote gevaar zit in de watermassa die door de storm over de volle Noordzee wordt opgestuwd in de richting van onze kust. Dat zullen we merken bij het hoogwater komende nacht. De wind is dan al wat geluwd, maar het water stijgt aan onze kust rond 3 uur vannacht volgens de laatste verwachtingen tot 6m30 TAW, met een range tussen 6m10 en 6m50 TAW (0 cm TAW is het gemiddelde peil van het laagwater in Oostende). Ook vrijdagnamiddag om 15 uur komt het water nog hoog. We halen dan 5m80 TAW. Ook dan spreken we nog altijd van een stormtij. Pas het daaropvolgende hoogwater, in de nacht van vrijdag op zaterdag, haalt weer een normale waarde.

Een paar cijfers ter vergelijking. Bij een gewoon springtij, zonder invloed van de wind, stijgt het water aan de kust meestal tot rond 4m80 TAW. In de rampzalige nacht van 31 januari op 1 februari 1953 steeg het water in Oostende tot 6m66 TAW. Het hoogwater van komende nacht komt dus bijna anderhalve meter hoger dan een gewoon springtij, maar blijft naar verwachting dus 36 cm onder het niveau van 1953. Natuurlijk moeten we het komende nacht goed in de gaten blijven houden. Een kleine wijziging in de meteorologische situatie kan het water in het best geval wat lager, maar in het slechtste geval ook wat hoger doen uitkomen.
Gelukkig is onze kust de voorbije decennia goed beveiligd tegen mogelijk hoogwater en kunnen deze verstevigingswerken komende nacht hun nut bewijzen.


Misverstanden

Tot slot nog een aantal misverstanden uit de weg ruimen:


  • het hoogtepunt van de storm en het gevaarlijk hoogtij vallen dus niet samen. De wind waait op zijn hardst deze namiddag, maar het gevaarlijk hoogwater komt pas de komende nacht, als de wind al is geluwd
  • niet de golven worden 6 meter hoog, maar het springtij haalt 6,2 meter. De hoogte van de golven blijft beperkt tot 4 meter op volle zee en tot 2,5 meter aan de kust tijdens het hoogtepunt van de storm. Tijdens het gevaarlijk hoogwater zijn de golven nog 2,8 meter hoog op volle zee en nog 2 meter aan de kust
  • er is ook een hoogwater tijdens het hoogtepunt van de storm, deze namiddag om 14.30 uur. Omdat de wind dan nog uit het westen komt, levert dit hoogwater nog geen gevaar op. Het peil komt dan naar verwachting niet hoger dan 4,9 meter TAW
  • dit is geen "superstorm", maar een situatie waarbij een aantal factoren samenvallen waardoor een gevaarlijke situatie ontstaat aan onze kust: een op zich doodgewone stormdepressie zorgt voor een langgerekt windveld over de hele lengte van de Noordzee tijdens een periode met springtij.
U kan de situatie op de voet blijven volgen op de website van het Kustweerbericht.


dinsdag 3 december 2013

Vrijdag gevaarlijk stormtij aan onze kust

Op de weerkaarten is een potentieel gevaarlijke situatie opgedoken. Het lagedrukgebied waarvan in vorige bijdrage al sprake, diept zich de komende 48 uur uit tot een indrukwekkende depressie die over zowat de hele Noordzee zorgt voor een noordwesterstorm. Bij ons valt het met de wind allicht nog mee, maar de stormwind stuwt het zeewater wel op in de richting van onze kust. Het hoogwater bereikt waarschijnlijk het peil van gevaarlijk stormtij, zowel in de nacht van donderdag op vrijdag als vrijdagnamiddag. Dat betekent dat we in Oostende boven de 590 cm TAW uitkomen.


De kaart hierboven toont de situatie zoals het Europese weermodel voor vrijdag berekent. De kern van de stormdepressie ligt al boven de Baltische Staten. Bij ons staat de meeste wind op donderdagavond. We kunnen dan eventjes 9 Bft halen uit het westen. In de nacht van donderdag op vrijdag staat aan onze kust nog een harde of stormachtige wind (7 à 8 Bft) uit het noordwesten. Op zich zeker niet uitzonderlijk, maar we zien hoe er van de Noorse Zee tot in de Noordzee dan één langgerekte stroming staat die al het water naar onze kust stuwt (de rode pijl). Dat zorgt voor een opzet van 120 cm, wat betekent dat het water 120 cm hoger zal komen dan het astronomisch berekende hoogwater. Vrijdag zitten we nog altijd in een springtij-periode. Dat betekent dat het hoogwater in de nacht van donderdag op vrijdag om 3 uur lokale tijd aan onze kust erg hoog zal komen: het berekende astronomische springtij met daar bovenop nog eens de opzet van 120 cm. De getijmodellen berekenen voor Oostende daardoor een waterstand van rond de 600 cm TAW (de modeluitvoer van deze avond zelfs nog wat meer). Het alarmpeil voor gevaarlijk stormtij ligt op 590 cm TAW. Ook voor vrijdagnamiddag 15.30 uur lokale tijd berekenen de getijmodellen nog een waterstand rond de 600 cm TAW.

Ter illustratie de berekening van OPTOS-BCZ, één van de getijmodellen voor onze kust: het alarmpeil wordt volgens dit model vrijdag twee keer overschreden (bron: www.mumm.ac.be)


Het is al lang geleden dat we deze waarden nog hebben gehaald. Op vrijdag 9 november 2007 steeg het waterpeil in Oostende tot 593 cm TAW. Daarvoor was het al geleden van de jaren '90 van vorige eeuw dat we nog eens het peil van gevaarlijk stormtij hadden gehaald. Voorlopig ziet het er naar uit dat we deze waarde kunnen overschrijden en dus het hoogste peil van deze eeuw zullen optekenen. Ter vergelijking: tijdens de beruchte watersnoodramp van 1 februari 1953 steeg het peil in Oostende tot 666 cm TAW (bij benadering, de vlotter van de getijmeter werd toen immers uit zijn buis geduwd; lees er hier meer over).

Het Oceanografisch Meteorologisch Station (OMS) volgt de situatie de komende dagen op de voet. Op de website van het Kustweerbericht zal de waarschuwing geregeld worden aangepast. Indien nodig, zullen ook via andere kanalen waarschuwingen worden verspreid.

zondag 1 december 2013

Arctische lucht zakt naar het zuiden

Vanaf woensdag zien we een interessante ontwikkeling op de weerkaarten. Een hogedrukgebied verplaatst zich van de kust van New Foundland naar het midden van de Atlantische Oceaan. Op donderdag bouwt het een rug uit richting Groenland. Voor de Noorse kust ontwikkelt zich tegelijk een depressie. Tussen beide systemen stroomt een gigantische portie koude lucht vanaf de arctische gebieden de noordelijke Atlantische Oceaan op.

Volgens het Europese weermodel stroomt vrijdag een gigantische portie koude lucht van Groenland via IJsland en de Britse Eilanden in de richting van onze omgeving.


Wat betekent dat nu voor onze omgeving? Tot en met dinsdag zorgt een hogedrukkern voor rustig weer. Woensdag liggen we in een zadelgebied en blijft het nog erg kalm op weergebied. Donderdag begint de wind aan te spannen en te ruimen van zuidwest naar noordwest. In de nacht van donderdag op vrijdag bereiken ook de koudere bovenluchten stilaan onze omgeving. Op 850 hPa (ongeveer 1500 meter hoogte) daalt de temperatuur van +2°C donderdagmiddag naar -6°C rond middernacht. Dat betekent dat de regen in de Ardennen snel overgaat in sneeuw en dat ook in het binnenland de neerslag een winters karakter kan krijgen. Alleen in het westen volstaat die -6°C op 1500 meter niet voor winterse neerslag, omdat de krachtige wind van over de nog warme zee blijft waaien.

Vrijdag koelen - volgens de huidige modelberekeningen -  de bovenluchten nog verder af. Op 850 hPa daalt de temperatuur tot -10 tot zelfs -12°C. In dat geval kan zelfs de kust sneeuw verwachten bij een aanlandige stroming. Op voorwaarde uiteraard dat er neerslag valt. De beruchte "schaduw van Engeland" wil in dat geval wel eens spelbreker spelen.
Echt diepwinters weer hoeven we nog niet te verwachten. De stroming blijft maritiem, waardoor de onderste luchtlagen gevoelig opgewarmd worden. Permanente vorst is bij dit weertype in Vlaanderen deze tijd van het jaar niet haalbaar. Er is wel kans op sneeuw en op een tijdelijk sneeuwdek (let wel: kans, voorlopig nog geen zekerheid). De Ardennen mogen wel rekenen op een sneeuwlaag.

Op deze kaart zien we hoe het Europese weermodel voor vrijdagavond boven ons land een temperatuur van -10 tot 12°C berekent op 1500 meter hoogte.

Spectaculaire weersystemen
De uitbraak van koude (zeg maar arctische) lucht boven het warme zeewater kan tot spectaculaire resultaten leiden. Dat zagen we gisteravond in de uitvoer van het Europese model. Dat berekende voor zaterdag een temperatuur van -40°C op 500 hPa (ongeveer 5000 meter) en van -10°C op 850 hPa (1500 meter). Samen met een zeewatertemperatuur van +11°C zorgt dat voor een enorme dynamiek. Het model kwam voor onze omgeving op de proppen met een kleinschalig systeem, dat veel weg had van een zogenaamd "polar low": een kleinschalig lagedrukgebiedje met een even klein maar bijzonder venijnig windveld (met in een klein gebied mogelijk zelfs stormkracht) en veel neerslag, uiteraard meestal sneeuw. In de noordelijke Atlantische Oceaan komen ze 's winters vaak voor, bij ons zijn ze een stuk zeldzamer.

Dit is het polar low-achtige systeempje dat ECMWF in de modelrun van gisteravond berekende voor komende zaterdag. Uiteraard met meer dan een korrel zout te nemen, maar het toont aan wat voor vreemde dingen er kunnen gebeuren in de koude bovenluchten.


Natuurlijk moeten we deze berekening met een grove korrel zout nemen. Dergelijke kleinschalige systemen zijn moeilijk zo lang op voorhand in te schatten door de globale weermodellen. Het maakt wel duidelijk dat we de weerkaarten de komende dagen extra zorgvuldig in de gaten moeten houden.

(Een dagelijkse update van de situatie krijg je via de rubriek "Weerbericht", zie bovenaan deze bladzijde).

zaterdag 23 november 2013

Bartlett-hoog zorgt voor rustig en vrij zacht weer

We mogen ons opmaken voor een weekje met rustig, overwegend grijs en vrij zacht najaarsweer. Dat hebben we te danken aan een stevig hogedrukgebied dat zich honkvast nestelt boven Ierland, met een uitloper naar Frankrijk. Dit soort hogedrukgebied heeft een naam: een Bartlett-hoog, genoemd naar de Britse meteoroloog Paul Bartlett, die voor het eerst deze specifieke standvastige anticycloon beschreef.

Op de kaart hieronder (het ensemblegemiddelde van ECMWF voor komende woensdag) zien we een mooi voorbeeld van een Bartlett-hogedrukgebied:



Er staat in onze omgeving weinig stroming, maar we zien duidelijk hoe de lucht die naar Vlaanderen toe komt, eigenlijk afkomstig is van de nabij Atlantische Oceaan. Deze luchtsoort is uiteraard vrij zacht en vochtig. Ten noorden van onze omgeving staat een strakke westelijke storming. Die zorgt ervoor dat ook het zuiden van Scandinavië vol stroomt met vrij zachte zeelucht. Echte winterkou hebben ze op deze kaart alleen in het noorden van Lapland.

Met dit Bartlett-hogedrukgebied hoeven we bij ons de komende week niet te rekenen op winterkou van betekenis. Overdag liggen de maxima vanaf midden volgende week dicht tegen de 10 graden. 's Nachts kan het alleen lichtjes vriezen als het voldoende uitklaart, maar ook dat zit er halfweg volgende week voorlopig niet in.

Een Bartlett-hogedrukgebied kan soms weken op min of meer dezelfde plek blijven liggen. Soms bouwt het tijdelijk een rug uit richting IJsland. De stroming ruimt dan wat meer naar het noorden en dat kan dan tijdelijk zorgen voor wat kouder weer met zelfs wat winterse neerslag. Maar vaak wordt zo'n rug binnen de kortste keren weer platgewalst door de volgende depressie die via de noordelijke Atlantische Oceaan naar zuid-Scandinavië trekt.

Hoge Venen
Ook het weer in de Hoge Venen pakt wat minder winters uit dan eerst verwacht. De neerslagzone die woensdag voor wat natte sneeuw zorgde in Oost-Vlaanderen, verpieterde volledig nog voor ze de Oostkantons kon bereiken. Daardoor liet ze er maar een minuscuul laagje sneeuw achter. Door het gebrek aan een deftig sneeuwdek, koelde het er ook tijdens de nachten veel minder af dan de modellen eerst berekenden. De voorbije nacht schommelde het kwik in Mont Rigi de hele nacht om het vriespunt (zie grafiek onder het webcambeeld).
De komende dagen flirt het kwik nog wat met het vriespunt in de hoge Ardennen, maar vanaf woensdag laat het Bartlett-hoog er de temperatuur dag en nacht boven nul uitkomen. Het winterse beeld is daar dan ook verdwenen.

Het is nu afwachten hoe lang het Bartlett-hogedrukgebied het volhoudt. Een dagelijkse update is te volgen in de rubriek "Weerbericht" (zie tabblad hierboven).


zondag 17 november 2013

Kouder, maar nog geen winter

(Hieronder een wat uitgebreidere uitleg van de meteorologische situatie. Een dagelijkse update is te lezen onder de rubriek "weerbericht")

We evolueren de komende dagen naar wat kouder weer. Kouder zelfs dan normaal voor half november, maar dat betekent nog niet dat het meteen winters wordt. Veel meer dan een licht nachtvorstje of een smeltende sneeuwvlok hoeven we voorlopig in Vlaanderen niet te verwachten.

De analysekaart van 17 november 2013, 06utc.


Het rustige, maar grijze weer van dit ogenblik, hebben we te danken aan een uitloper van het hogedrukgebied van de Azoren. In de onderste luchtlagen zit veel vocht gevangen, en daar boven op (letterlijk) hangt er ook nog eens bewolking van een koufront boven Nederland. Dat grijze weer gaat gepaard met vrij lage temperaturen voor de tijd van het jaar: maxima van 6°C, terwijl 11°C normaal is. De bewolking zorgt er wel voor dat het 's nachts niet te veel afkoelt. In Drongen hebben we nog geen enkele vorstnacht achter de rug.

Morgen maandag verandert er weinig. We zitten dan in een zadelgebied, met dus weinig drukgradiënt en bijgevolg weinig wind. Van over de Noordzee komt wel een koufront dichterbij. Dat merken we morgenavond aan de toenemende bewolking. Aan de kust kan vanaf de late namiddag wat motregen vallen. Het koufront trekt in de nacht van maandag op dinsdag en dinsdag overdag over onze regio verder naar het oosten. De bovenluchten koelen af. In de nacht van maandag op dinsdag is het in onze omgeving op 850 hPa (rond 1500 meter hoogte) nog +1°C. Tegen dinsdagavond zakt de temperatuur op die hoogte tot -6°C. Maar met een wind die in Vlaanderen strak van over de Noordzee waait (uit NNW), volstaat dat lang niet om voor sneeuw te zorgen. In de hoge Ardennen gaat de regen dinsdagavond wel over in natte sneeuw. Het nulgradenniveau daalt immers tot 800 meter. Dat kan in de Hoge Venen resulteren in een sneeuwlaagje van enkele centimeter.

Op 850 hPa (ongeveer 1500m hoogte) zien we maandagochtend de koudere lucht vanuit het noordwesten stilaan ons land binnendringen.


Woensdag komt een depressiekern snel afgezakt van de Noordelijke IJszee naar de zuidelijke Noordzee. De wind krimpt van het noorden naar het zuidwesten en blijft in Vlaanderen dus van over de warme zee waaien. Woensdag rond de middag bereikt het warmfront van deze depressie onze omgeving. We komen dan tijdelijk in de warme sector terecht en van winterse neerslag kan dan uiteraard geen sprake zijn. (update 20/11: de warme sector is kleiner dan eerst voorzien en het koufront komt vroeger door. Daardoor is er wel degelijk kans op natte sneeuw in Vlaanderen. Voor details: zie de rubriek Weerbericht). Woensdagvoormiddag is het nog droog, in de namiddag begint het in Vlaanderen te regenen.
De depressiekern komt ten zuiden van onze omgeving terecht, waardoor de wind naar het noordoosten ruimt. De bovenluchten koelen opnieuw af: rond -5 à -6°C op 850 hPa. In de Hoge Ardennen begint er woensdagavond en in de nacht van woensdag op donderdag opnieuw sneeuw te vallen. Het kwik zakt er onder het vriespunt, waardoor de sneeuw blijft liggen. Tegen donderdagmiddag kan er in de Hoge Venen een tapijtje liggen van 5 tot 10 cm.

De verdere vooruitzichten zijn uiteraard nog vrij onzeker. Het ziet er naar uit dat we te maken krijgen met iets te koud weer voor de tijd van het jaar, met in westelijk Vlaanderen maxima rond 4 à 5°C en minima rond het vriespunt. Af en toe kan er een winterse bui vallen. In de Hoge Venen lijkt wel een licht winterse periode aan te breken. Voor Mont Rigi (673m hoog) berekent de ensembletechniek van het Europese weermodel van donderdag tot en met het einde van de veertiendaagse een maximumtemperatuur rond of iets onder het vriespunt. De minima zouden eerst rond de -5°C, later zelfs meest tussen -5 en -10°C liggen, allicht het resultaat van de sneeuwlaag die daar geleidelijk ontstaat.

De temperatuurspluim voor de komende 14 dagen in het zuiden van Nederland. De onzekerheid is groot, maar nachtvorst behoort zeker tot de mogelijjkheden. (bron: weerplaza.nl)

Een gedetailleerd weerbericht, dag per dag, is te lezen onder de rubriek "Weerbericht" (zie tabbladen bovenaan).

maandag 11 november 2013

De IJsverwachting

Heel binnenkort verschijnt hier opnieuw een uitgebreide verwachting met de bespreking van de kansen op winterweer. De IJsverwachting vertrouwde stijl, zeg maar.
Ondertussen kunt u uiteraard dagelijks een aangepaste weersverwachting lezen op de pagina "Weerbericht".

vrijdag 1 november 2013

Stressless op weg naar de Olympische Spelen

In het weekend van vrijdag 8 tot en met zondag 10 november staan de schaatsers van coaches Jelle Spruyt en Bart Veldkamp aan de start van de wereldbekerwedstrijden in Calgary. Sinds kort gaat de Belgische schaatsploeg door het leven als Team Stressless, naar de Noorse zetelfabrikant die onze schaatsers de komende drie jaar sponsort.

Team Stressless bij de ploegvoorstelling. (Foto: steunbartswings.be)

Team Stressless is eigenlijk een toepasselijke naam voor ons Belgisch team. In de traditionele schaatslanden, met Nederland voorop, barst nu een onverbiddelijke strijd los tussen de individuele schaatsers die zich allemaal willen plaatsen voor Sochi 2014. Er zijn in die landen veel meer kandidaten dan er startplaatsen te verdelen zijn. Iedereen moet dus van in het begin van het seizoen optimaal presteren om geselecteerd te raken. Dat probleem hebben onze Belgen niet. Zij kunnen relatief rustig toewerken naar de winterspelen. Swings voor de individuele nummers, de rest van het team voor de ploegenachtervolging (waar ze zich wel nog voor moeten plaatsen, er mogen immers maar acht landen deelnemen).

De komende drie maanden moet er dus niets voor Swings, maar alles mag. Er is zelfs een kans dat er komend weekend al meteen een aantal Belgische records sneuvelen. Swings staat immers voor het eerst aan de start van een wereldbekerwedstrijd op een snelle hooglandbaan. We mogen er van uitgaan dat hij een aantal van zijn tijden al meteen scherper zal stellen.

Dankzij Swings en zijn begeleidend team heeft het Belgische schaatsen de voorbije jaren een nooitgeziene impuls gekregen. Een professionele Belgische schaatsploeg, daar durfden we vijf jaar geleden niet eens van te dromen. Uiteraard is dat alleen maar positief te noemen. Eén klein minpuntje moeten we misschien toch aanhalen: Team Stressless is een loutere mannenzaak. In de schaduw van Swings en co schaatst ook nog Jelena Peeters. Zij heeft zich  ook al geplaatst voor de Olympische Winterspelen, verbeterde vroeg dit seizoen alweer een Belgisch record, maar kan voorlopig alleen maar dromen van de omkadering die Belgische mannen hebben opgebouwd en de media-aandacht die Team Stressless krijgt. In België is vrouwensport al te dikwijls nog een ondergeschoven kindje wat betreft middelen en media-aandacht. Laten we ervoor zorgen dat dit in het schaatsen niet het geval is en dat onze schaatsende vrouwen en meisjes meteen mee kunnen groeien met de mannen.

Team Stressless bestaat uit:


  • Jelle Spruyt en Bart Veldkamp (coaches)
  • Ferre Spruyt, Ewen Fernandez (Fr), Maarten Swings, Bart Swings en Wannes Van Praet (schaatsers)
  • Quinten Vandesande (junior)

donderdag 17 oktober 2013

Januari 2056 warmer dan augustus 2013? Natuurlijk niet!

Tegenwoordig is het blijkbaar niet gemakkelijk meer om nog journalisten te vinden die in staat zijn de juiste conclusies te trekken uit een wetenschappelijk artikel. Vandaag willen onder meer de Volkskrant en hln.be ons doen geloven dat volgens een wetenschappelijk onderzoek van de universiteit van Hawaï vanaf 2056 zelfs de koudste januaridagen heter zullen zijn dan de heetste julidagen nu. Dat slaat natuurlijk nergens op.

Wat in het wetenschappelijk artikel in Nature staat, komt kort gezegd hier op neer: neem van de periode 1860 tot en met 2005 de ondergrens en de bovengrens van de jaarlijkse gemiddelde temperatuur van elke plaats op Aarde. Vanaf 2012 zal de jaarlijkse gemiddelde temperatuur geregeld boven deze historische bovengrens uitkomen. Rond 2056 zal de jaarlijkse temperatuur nooit meer ónder deze historische bovengrens uitkomen (in New York al enkele jaren vroeger, in Moskou enkele jaren later).
Dat is uiteraard al alarmerend genoeg, maar toch nog totaal iets anders dan minstens 38°C in januari 2056...

Wie het wil checken, kan hier het volledige Nature-artikel lezen. 



woensdag 16 oktober 2013

Mistdeken boven Gent

Deze ochtend bedekte een mistveld de omgeving van Gent. Hoog reikte deze mist niet. Bart uit Aartrijke werkt in de nieuwe KBC-toren in Sint-Denijs-Westrem en maakte met zijn GSM deze foto van op de zestiende verdieping.
We zien mooi hoe mist eigenlijk niet meer is dan bewolking die dicht tegen de grond hangt. Daarboven schijnt gewoon de zon. Hoe later op het jaar, hoe moeilijker die zon het vaak krijgt om deze mistlaag op te ruimen. Soms, zoals vandaag, kan ook de wind daarbij een handje helpen.

Mist kan erg mooi zijn, maar heeft vaak ook een keerzijde. In dit mistveld gebeurde op de E40 in Nevele een kettingbotsing waarbij een dode te betreuren viel.


Mist boven Gent, gezien vanuit de nieuwe KBC-toren (foto: Bart uit Aartrijke)

donderdag 10 oktober 2013

Hoogwater aan de kust

Over de hele Noordzee stond vandaag een stormachtige noordenwind. Die stuwde het water flink op in de richting van onze kust, zodat deze avond het peil voor verhoogde waakzaamheid werd bereikt. Dat bekent dat het hoogwater in Oostende boven de 540 cm TAW uitstijgt (0 m TAW is het gemiddelde peil van het laagwater in Oostende). Vanaf 560 cm spreken we van stormtij, vanaf 590 cm van gevaarlijk stormtij. Uiteindelijk bleef het hoogwater in Oostende deze avond steken op 543 cm TAW.

Gelukkig was het geen springtij. De opzet bedroeg vanavond 76 cm. Dat betekent dat de wind het zeewater liefst 76 cm hoger stuwde dan het voorziene astronomische hoogwater, het peil dat zou zijn bereikt bij windstil weer. Dat is behoorlijk veel. Afgelopen maandag was het nog springtij, met een astronomisch peil van 511 cm. Tel daar  dezelfde opzet van 76 cm bij en we hadden een hoogwater gehad van 587 cm, wel héél dicht bij de grens van een gevaarlijk stormtij. Af en toe moeten we eens wat geluk hebben...

De golfhoogte langs de kust liep op tot ruim 3,5 meter, wat zorgde voor een schuimende branding.

Ik was vandaag zelf niet aan zee, maar de webcams konden wel een paar fraaie plaatjes vastleggen.

In Zeebrugge was het alle hens aan dek en waren kranen in het wassende zeewater aan het werk.


In De Haan stond er bijna een strandcabine minder op het strand...




woensdag 2 oktober 2013

Zonsopgang Drongen 2 oktober 2013

De hemel kleurde spectaculair oranje-rood en later paars, toen de zon opkwam deze ochtend boven Drongen.



donderdag 26 september 2013

Kersen plukken in Moermansk

Gisteravond ging het in het Canvas-programma Terzake over het afsmelten van het zeeijs aan de Noordpool, en de nieuwe economische mogelijkheden die dat schept voor een haven als Moermansk. Bewoners van deze stad getuigden voor de camera van reporter Jan Balliauw dat het de voorbije zomers opvallend warm was in hun stad en dat ze de hoeveelheid sneeuw en zeeijs jaar na jaar zien afnemen.
Er klonk ook een ander geluid. Balliauw sprak in de reportage met een aantal Russische wetenschappers die hem wezen op een merkwaardig feit: er lag deze zomer maar liefst 50 procent meer zeeijs aan de Noordpool dan vorig jaar. Voor die Russische wetenschappers was dat een aanwijzing dat de Aarde niet meer opwarmt, en al helemaal niet door toedoen van de mens. Volgens hen gaat het om een natuurlijke cyclus en zal de hoeveelheid zeeijs in de Noordelijke IJszee vanaf nu weer beginnen toenemen.
Volgens Balliauw inderdaad een merkwaardige vaststelling, die in tegenspraak is met de warme zomers waarover de inwoners van Moermansk spreken. Maar is dat ook wel zo?

De oppervlakte zeeijs op 7 september 2012 en 7 september 2013: er lag dit jaar opvallend meer zeeijs aan de Noordpool, maar 2012 was dan ook een absoluut recordjaar.


Wie mijn vorige bijdrage op dit blog heeft gelezen, kent eigenlijk al het antwoord. De wetenschappers in de reportage van Balliauw zwaaien met kaarten van vorig jaar en vergelijken die triomfantelijk met de situatie van dit jaar. Daarbij hebben ze volledig gelijk: er lag dit jaar tijdens het zomerminimum de helft meer ijs aan de Noordpool dan vorig jaar (zie hierboven). Maar hier doen ze helaas aan weinig wetenschappelijke "cherry picking": verwijzen naar één geïsoleerd feit dat je goed uitkomt in een poging om een hele theorie te bewijzen. Kersen plukken in Moermansk. Zo zeggen de Russische wetenschappers er niet bij dat in de zomer van 2012 alle vorige diepterecords van het zeeijsoppervlak aan de Noordpool verpulverd werden. Het is dan niet zo moeilijk om het jaar daarop opnieuw 50 procent beter te doen. Maar 50 procent beter dan het absoluut diepterecord van 2012 is nog altijd véél minder dan het dertigjarige gemiddelde. Sla er de grafieken van mijn vorige bijdrage nog maar eens op na.

Opvallend meer ijs dan vorig jaar, maar nog altijd beduidend minder dan het dertigjarig gemiddelde.

Is de warme zomer van 2013 in Moermansk in tegenspraak met de grotere oppervlakte zeeijs aan de Noordpool dit jaar? Nee, integendeel zelfs. Het was de voorbije zomer vaak erg rustig en zonnig hogedrukweer boven deze regio. Daardoor kon de zon het landoppervlak er flink opwarmen. Maar het rustige hogedrukweer zorgde er ook voor dat het zeeijs veel beter samen bleef dan vorige zomer, toen een zware zomerstorm het zeeijs in stukken brak. Een compacte ijsmassa in een rustige omgeving houdt zichzelf koel en smelt veel minder snel af dan een verbrokkelde ijsmassa in een zware zee. We kennen de weerspreuk "Dooi zonder regen of wind is niet waard dat hij begint." Eigenlijk geldt dat voor een deel ook voor de Noordpool.

Hebben de Russische wetenschappers ongelijk? Misschien niet. Misschien groeit het zeeijs vanaf nu weldegelijk weer aan. Maar ze kennen in elk geval erg weinig navolging met hun theorie. Het overgrote deel van de klimatologen gaat er van uit dat de dalende trend in het zomerminimum van het zeeijs aan de Noordpool zich de komende decennia gewoon verder zet.


woensdag 18 september 2013

Eerste tekenen van winter op noordelijk halfrond

Hoewel we astronomisch gezien nog altijd in de zomer zitten op het noordelijk halfrond, zijn de eerste tekenen van de naderende winter alweer zichtbaar. Zo is het zeeijs aan de Noordpool sinds een week weer lichtjes aan het aangroeien. In Oymyakon in Siberië vriest het 's nachts alweer licht en volgens het Europese weermodel blijft het er vanaf zondag ook overdag vriezen, met daarbij ook wat lichte sneeuwval. Gelukkig kunnen wij ons nog opmaken voor een nazomerse periode.

Bron: http://arctic.atmos.uiuc.edu/cryosphere


De oppervlakte van het zeeijs aan de Noordpool bleef tijdens het zomerminimum beduidend boven het niveau van vorig jaar. Toen smolt het zeeijs weg tot een record van amper 2,23 miljoen vierkante kilometer. Dit jaar bleef er tijdens het zomerminimum 3,55 miljoen vierkante kilometer ijs liggen. We zitten hiermee vrijwel perfect op hetzelfde schema als 2009. Klimaatsceptici zullen dit ongetwijfeld gebruiken als argument om te beweren dat de globale opwarming stokt of zelfs dat de Aarde weer afkoelt, maar dat is veel te kort door de bocht. Er worden niet elk jaar records gebroken en de algemene trend van het zeeijsminimum aan de Noordpool is duidelijk nog dalend. Lees daarover meer op de blog van het Britse MetOffice of bekijk deze bijdrage van Skeptical Science met een verhelderende grafiek en hoe deze vooral niet geïnterpreteerd moet worden.

Het opvallende record van vorig jaar wordt onder meer verklaard door een zomerstorm die toen lelijk huis hield boven de Noordelijke IJszee. Het zeeijs raakte daardoor verbrokkeld en die verbrokkelde ijsschotsen smelten sneller weg dan één compacte ijsmassa. Dit jaar was het veel rustiger boven de IJszee. Het is nu afwachten hoe snel het ijs weer aangroeit en of ook het volume toeneemt. Dat laatste is erg twijfelachtig. De Cryosat-satelliet van ESA zag de voorbije drie jaar het volume zelfs sterk afnemen. Ook hier moeten we nog voorzichtig zijn met conclusies, want de meetreeks is amper drie jaar jong.

Op dit ogenblik is het trouwens niet eens zo koud op de geografische Noordpool. Het vriest er een graad of drie, maar de komende dagen zou het kwik er weer stijgen tot rond het vriespunt. Pas na het weekend zou het er duidelijk weer kouder worden.
Zoals gezegd: bij ons is het nog lang geen winter, en gelukkig maar. Een hogedrukgebied zorgt vanaf het weekend voor rustig en vrij mooi najaarsweer. Meer details daarover zijn te lezen in mijn weerbericht (zie de knop boven aan dit blog).

woensdag 11 september 2013

Weerrapporten bijgewerkt

Ik geef het toe: de voorbije jaren heb ik mijn oudste website, die van mijn weerstation, wat verwaarloosd. Er stonden heel wat "dode" links in en vooral: het overzicht van de maand- en jaarrapporten was niet meer actueel.
Daarom heb ik deze regenachtige dag nog eens de handen uit de mouwen gestoken en de nodige renovatiewerken uitgevoerd. De rapporten zijn weer volledig up-to-date en ik heb ze in een overzichtelijk tabelletje gestoken.
Trouwe bezoekers van mijn weerstation-website die toch nog de oude versie zien, moeten gewoon eventjes de pagina opnieuw laden ("refreshen") door op F5 te duwen of rechts te klikken en vervolgens "frame opnieuw laden".

Nog eens de link naar mijn weerstation voor wie het nog niet zou weten: www.stationbaarle.be. 

Weerstation Drongen-Baarle in de winter.

zondag 8 september 2013

Tropisch warme 5 september

Op donderdag 5 september beleefden we de warmste septemberdag sinds 1962. In Drongen liep het kwik op tot 32°C. Zo een lange, warme zomer is vrij uitzonderlijk. Misschien voor velen zelfs wat verrassend na een koude lente. Dat was trouwens de koudste lente sinds... 1962.
Twee keer 1962, dat is niet helemaal toevallig. Oorzaak van zowel het koude lenteweer als het warme zomereinde, is een overwegend geblokkeerd weerpatroon. Dat wil zeggen dat hogedrukgebieden de weg afsnijden van de westenwinden en de baan vrij maken voor continentale lucht. Continentale lucht is koud in de winter en de lente, maar warm in de zomer en het begin van de herfst. Dat was zowel in 1962 als in 2013 het geval.
In 1962 bleef het overwegend geblokkeerde patroon zich trouwens nog maandenlang handhaven, wat leidde tot de legendarisch koude winter van 1963.
Behaalde resultaten in het verleden zijn in de weerkunde geen garantie voor de toekomst. Of de geschiedenis zich zal herhalen, valt nu onmogelijk te zeggen.

De weerkaart van 5 september. Hogedrukgebieden blokkeren de westenwind. Erg warme lucht uit Spanje en Portugal stroomt naar België.

De temperatuur om 17u lokale tijd op donderdag 5 september. Op veel plaatsen in België, Nederland en Frankrijk is het tropisch warm.






dinsdag 3 september 2013

Overzicht zomer 2013 in Drongen

Ik heb een overzicht gemaakt van de meteorologische zomer in Drongen (1 juni tem 31 augustus)

Gemiddelde temperatuur: 17,6°C.
Gemiddelde maximum: 23,1 °C.
Gemiddelde minimum 12,5°C.

Hoogste maximum: 32,9°C op 2 augustus.
Laagste maximum: 14,8°C op 1 juni

Laagste minimum: 4,1°C op 2 juni
Hoogste minumum: 19,3°C op 2 augustus

Hoogste daggemiddelde: 25,2°C op 2 augustus
Laagste daggemiddelde: 10,7°C op 1 juni

Er waren 6 tropische dagen (30°C of meer), 29 zomerse dagen (25°C of meer) en 65 warme dagen (20°C of meer).

Er viel 147 mm regen. Daarvan viel er maar liefst 32 mm op één dag (27 juli). Het regende in Drongen in totaal 73 uur tijdens deze drie maanden.

De gemiddelde luchtdruk bedroeg 1016 hPa. De hoogste luchtdruk was 1029 hPa op 8 juli, de laagste was 1001 hPa op 27 juli (dat was ook de dag met de meeste neerslag).

Op de grafiek: de temperatuur tijdens de meteorologische zomer in Drongen.


dinsdag 20 augustus 2013

Weerbericht / Weather forecast Oostende 2013

Van 22 tot en met 31 augustus 2013 vindt in Oostende het wereldkampioenschap skeeleren plaats. De bekendste Belgische deelnemer is uiteraard Bart Swings, maar nog tal van andere nationale en internationale toppers staan aan de start.
De organisatie heeft mij gevraagd om voor het weerbericht te zorgen van dit evenement. Als skeelerend meteoroloog kan ik dat uiteraard niet weigeren. Het weerbericht zal te lezen zijn op de website van het WK (korte versie) en op mijn eigen website (uitgebreide versie). Omdat dit gedetailleerde weerbericht ook bestemd is voor de deelnemers, is het opgesteld in het Engels.
Het loont zeker de moeite om eens te gaan kijken naar dit WK: op de piste- en wegwedstrijden in deelgemeente Zandvoorde of naar de afsluitende marathons in het centrum van Oostende op zaterdag 31 augustus.


dinsdag 9 juli 2013

Dagelijks weerbericht

Sinds kort stel ik elke dag een uitgebreid weerbericht op. Het is te vinden op deze website, onder de rubriek "Weerbericht" (zie de knop hierboven).
Tip: u kunt de bladzijde "weerbericht" opslaan onder uw favorieten. De bladwijzer leidt u dan meteen naar de juiste webpagina. Via de homepage van deze blog komt u immers altijd op de nieuws-rubriek terecht en dat kan ik jammer genoeg niet aanpassen.

donderdag 4 juli 2013

Fraai zomerweer op komst

Een hogedrukkern vestigt zich de komende dagen in onze buurt en dat is goed nieuws. We krijgen vanaf het weekend een periode met stabiel zomerweer. Omdat de kern ten noorden van onze omgeving blijft, hoeven we ook geen tropische hitte te verwachten. De meestal zwakke wind komt van over de Noordzee en dat tempert de temperatuur wat. De maxima liggen tijdens het weekend en begin volgende week in Oost-Vlaanderen zo rond de 25°C. In combinatie met veel zonneschijn zorgt dat voor een perfect zomerweertje.

De weerkaart voor komende zaterdag: een hogedrukkern vlak ten noorden van ons zorgt voor fraai zomerweer.
Vanaf woensdag zou de noordenwind een tandje bijsteken en moeten de maxima een paar graden inleveren. De maxima komen dan uit rond 22°C, maar we liggen dan nog altijd onder de beschermende vleugels van het hogedrukgebied, waardoor het droog en zelfs overwegend zonnig blijft. In de berekeningen van het betrouwbare Europese weermodel vinden we vrijwel geen neerslagsignalen terug. We mogen ons dus opmaken voor een droge tiendaagse.

Kustweer

Ook onze kust mag zich opmaken voor een periode met mooi zomerweer, met ook daar vanaf het weekend maxima ruim boven de 20°C. De temperatuur van het zeewater ligt nog altijd aan de lage kant. Aan de meetpaal op de zandbank Westhinder bedraagt die ongeveer 14°C. Dat zorgt ervoor dat het aan het strand flink kan afkoelen als er een zeebries opsteekt, maar meestal duurt het toch een paar uur voor het proces van de zeebries goed op gang komt. De temperatuur van het strandwater ligt al hoger. In Oostende bedroeg die vandaag 16,6°C. Onder een stralende zon warmt het ondiepe water aan het strand veel gemakkelijker op dan het diepe zeewater. Daar komt tegen volgende week dus nog wel een paar graadjes bij.

Ook op een ander gebied hebben we geluk. Terwijl de zon vanaf het weekend volop doorbreekt, neemt boven ons hoofd op grote hoogte de densiteit van de ozonlaag toe. Die ozonlaag werkt als een natuurlijke UV-filter. Hoe dikker die filter, hoe minder schadelijke UV-straling er kan doordringen. Vandaag bedroeg de UV-index bij helder weer nog 7,4. Volgende week daalt die iets, naar 6,5. Voldoende insmeren kan dan volstaan om er niet als een roodverbrande kreeft bij te lopen.

De temperatuur van het strandwater in Oostende is de voorbije maand opgelopen van  13 naar  17°C. De komende week  komen daar nog een paar graadjes bij.





vrijdag 21 juni 2013

Doen de weermensen hun werk niet goed?

Gaan weerbureaus en -instituten over de schreef in hun berichtgeving? Vooral in Nederland is daarover de voorbije dagen nogal wat commotie ontstaan. Meer nog dan bij ons, is de "weermarkt" er verkaveld in een aantal grote en kleinere commerciële weerbureaus. Die hebben er belang bij dat hun naam over de tongen gaat. Een persbericht over een nakend temperatuurrecord of een dreigende onweerssituatie is dan snel verstuurd. Soms te snel, zo blijkt, want de nuance gaat daarbij vaak verloren en dat is geen goede zaak voor de reputatie en het imago van de meteorologie.

Vooral een mededeling van het Nederlandse weerbureau MeteoConsult over een mogelijk temperatuurrecord deed nogal wat stof opwaaien bij onze noorderburen. Opmerkelijk, want dit weerbedrijf heeft een uitstekende reputatie en plaatst vaak perfect onderbouwde nieuwsberichten op haar website. Op basis van de modeluitvoer, was het weerbureau tot de conclusie gekomen dat het mogelijk was dat op woensdag 19 juni het absolute temperatuurrecord voor Nederland (38,6°C in Warnsveld) zou worden verbroken. Het verstuurde daarrond op maandag ook een persbericht. Wie de moeite doet om het bericht van de maandag tot op het einde te lezen, ziet daar al een aantal "mitsen en maren" vermeld staan die roet in het eten konden gooien. (Voor alle duidelijkheid: die nuances stonden weldegelijk al in het oorspronkelijke artikel op maandag en zijn niet achteraf ter verschoning toegevoegd, zo blijkt duidelijk uit het internet-cachegeheugen van de tekst.) Maar die nuances blijven natuurlijk minder hangen bij pers en publiek dan het mogelijke record. Als dat record er dan bij lange na niet komt, zit het spel uiteraard op de wagen.

Het inspireerde columnist Rob Schouten in Trouw tot een column waarin hij de weermannen en -vrouwen zwaar op de korrel neemt en de weerberichten verwijt dat ze aan "casino"-berichtgeving doen. Er zit een kern van waarheid in zijn tekst, maar de goeden moeten het met de slechten ontgelden. Zo schoot de column bij NOS-weerman en meteoroloog Peter Kuipers Munneke duidelijk in het verkeerde keelgat. Begrijpelijk, want precies Kuipers Munneke nuanceerde op voorhand al de berichten over het mogelijke record. Hij was trouwens lang niet de enige.

"Zaai maar paniek!"
Ook in Vlaanderen haalde een ongenuanceerd weerbericht deze week de nieuwssites. Zo maakte de populaire website hln.be zijn lezers dinsdag bang met het artikel "Superstorm op komst", meer bepaald een "superstorm met Pukkelpop-allures". Dit artikel was de hele dinsdagochtend het kopstuk van de site en is trouwens wél achteraf aangepast, want oorspronkelijk stond er een foto bij van de ravage op het festivalterrein van Pukkelpop, wat het hele artikel nog wat dramatischer maakte. Die foto is ondertussen vervangen door een neutraler beeld van een dreigende wolkenlucht. Het lijkt in het artikel alsof weervrouw Jill Peeters die "superstorm" aankondigt, maar het is alleen een foute interpretatie van de journalist, zoals Peeters tot vervelens toe achteraf heeft moeten uitleggen. De "kans op een supercel" (een bepaalde vorm van onweer) van Jill Peeters, werd vermalen in de journalistieke molen tot een superstorm die op komst was.

Ook Frank De Boosere schoot enkele weken geleden - voor zijn doen - flink uit zijn sloffen in het programma Nieuwe Feiten op Radio 1, naar aanleiding van persberichten over "de koudste zomer in 200 jaar." Ook hij verweet de media dat ze het sensationele weernieuws klakkeloos van elkaar overnemen, zonder de moeite te doen om het te verifiëren: "Bel vooral niet naar de weerman die dat bericht kan ontkrachten (...) Nee, zaai maar paniek!"

Het dubieuze gevolg is dat ondertussen het beeld ontstaat dat weerkundigen met elkaar in de clinch gaan, terwijl ze het vaak gewoon eens zijn met elkaar, maar reageren op de interpretaties in de media.
Willen we de geloofwaardigheid van de meteorologie en de weerberichtgeving behouden, dan moeten weerkundigen en media beiden hun verantwoordelijkheid opnemen. Denk na voor je dat sensationele persbericht de deur uitstuurt. Leg zelf voldoende de nadruk op alle nuances en onzekerheden. En journalisten: speel niet zelf voor weerman, verdraai de woorden van de weerkundigen niet en ga te rade bij specialisten als het zoveelste sensationele onzin-weerbericht opduikt op het internet.

woensdag 6 maart 2013

Winter slaat nog eens toe

Meteorologisch gezien is het al lente, astromisch gezien is het nog winter. Ook het weerbeeld lijkt tussen deze twee seizoenen te twijfelen. Gisteren en vandaag was het met een maximumtemperatuur van 17 en 18°C uitzonderlijk warm voor de tijd van het jaar. Na het weekend keren we terug naar de winter: we halen overdag nog met moeite het vriespunt en het vriest 's nachts opnieuw stevig. Een extreme schommeling, maar wel perfect te verklaren.

Hoe koud of hoe warm het bij ons precies wordt, hangt vooral af van de soort luchtmassa die naar onze streek wordt aangevoerd. In het vroege voorjaar kunnen de verschillen tussen de luchtmassa's erg groot zijn. Terwijl het in Scandinavië en Siberië nog ijskoud is, lopen in het zuiden van Europa de temperaturen al flink op.
Meestal loopt de straalstroom strak van west naar oost en waait de wind bij ons uit de zuidwestelijke tot westelijke sector. Het temperatuursverloop is dan vrij strak: het wordt noch extreem zacht, noch extreem koud. De voorbije dagen was dat niet het geval. De straalstroom liep niet strak, maar begon een golfpatroon te vertonen. De grote golven in de straalstroom (Rossby-golven genaamd) kunnen een tijdje op dezelfde plaats blijven liggen, om dan plots een eind door te schuiven. Dat is precies wat er de komende dagen gebeurt. Van een opgaande tak van de straalstroom komen we in een dalende tak terecht. In de opgaande tak voerde een strakke zuidenwind erg zachte lucht uit Spanje en Noord-Afrika aan. In de dalende tak zal een noordoostenwind ijskoude lucht uit de poolstreken op transport zetten naar West-Europa.

Dergelijke grote temperatuursschommelingen komen wel meer voor, ook tijdens strenge winters. Een golvend straalstroompatroon is immers typisch voor koude winters: zonder zo'n patroon kan koude vrieslucht ons nooit bereiken. Als tijdens een strenge winter het golfpatroon doorschuift, komen we soms ook eventjes in erg zachte lucht terecht. Dat was bijvoorbeeld het geval in januari 1947, tijdens één van de koudste winters van de voorbije eeuw. Nadat het tijdens het eerste deel van de winter al erg koud was geweest, schoof het Rossby-patroon door en kwam er half januari een periode met dooiweer. Op 16 januari 1947 steeg het kwik in Nederlands Limburg daarbij tot maar liefst +17°C. In Ukkel liep het kwik die dag op tot +15,3°C, meteen het eeuwrecord voor januari en dat tijdens een erg strenge winter! Kort daarop schoof het golfpatroon weer door, kwam de Benelux weer in de dalende tak van de straalstroom terecht en viel de winter weer in alle hevigheid in. Op 9 februari 1947 werd de Elfstedentocht gereden.


Het Amerikaanse weermodel laat de temperatuur zondag overdag al dalen tot onder het vriespunt. Het Europese model is wat minder extreem, maar laat het ook flink afkoelen.

Verwachting
Op een Elfstedentocht moeten we nu uiteraard niet meer rekenen, maar het temperatuursverschil op amper één week tijd zal wel extreem zijn. Zelden zal het half maart zo koud geweest zijn als volgende week. Morgen en overmorgen blijft het nog erg zacht, met maxima tussen 12 en 15°C. Jammer genoeg verdwijnt de zon wel en vergroot de kans op regen. Zaterdag doet het kwik al een stapje terug en wordt het nog een graad of 10. Op zondag zou dan met een noordoostenwind de koude lucht binnenvallen. Het kwik daalt van 9°C rond middernacht naar een graad of 3 in de namiddag. Het regent eerst nog, later op de dag wordt het droger. De laatste neerslag kan een winters karakter krijgen. Vanaf maandag zou het kwik overdag dan rond 2 of 3°C liggen. 's Nachts vriest het licht tot matig. Er is elke dag kans op een winterse bui of sneeuwbui, maar er zijn ook zonnige perioden.
De timing van deze kou-inval zoals hierboven geschetst, is de meest waarschijnlijke maar ligt nog niet helemaal vast. Alles kan nog één of twee dagen opschuiven, maar de kans lijkt klein dat we alsnog ontsnappen aan deze late portie winter.

dinsdag 19 februari 2013

Schraal winterweer op komst

Er is een periode met schraal winterweer op komst: een stevige wind uit het noordoosten, lichte tot matige nachtvorst en overdag enkele graden boven nul. Meestal blijft het droog, maar vooral komende zondag lijkt er wat kans te zijn op lichte sneeuw.
Voor schaatsliefhebbers komt deze periode jammer genoeg iets te laat op het seizoen. De stevige wind bemoeilijk de ijsvorming en overdag loopt het kwik al iets te hoog op. Ook in ondiep water wordt de ijsvorming moeilijker. De sterkere zon kan door het ijs tot op de bodem schijnen, die door straling opwarmt en die warmte afgeeft aan het water en ijs erboven. Daardoor smelt het ijs op ondiep water overdag veel sneller weg. Schaatsen op ondergelopen weilanden en akkers ligt dus niet meer voor de hand.

Voor een grondige bespreking van de weerkaarten ontbreekt mij momenteel de tijd. Ik verwijs graag naar de blog van collega Karim.

donderdag 7 februari 2013

Kwakkelweer

Tot en met begin volgende week krijgen we echt kwakkelweer: overdag temperaturen enkele graden boven nul, 's nachts wat lichte vorst. Buien van sneeuw, smeltende sneeuw of regen. Af en toe een tijdelijk sneeuwdekje, dat al snel weer wegdooit. Kortom: wat licht winterse perikelen waar je als schaatser niet echt op zit te wachten, want een ijsvloer van betekenis kan er zich op deze manier onmogelijk vormen. En ondertussen tikt de klok genadeloos verder en komt de tweede helft van februari erg snel dichterbij...

zondag 3 februari 2013

Nieuwe winterse periode in zicht

Het was hier een weekje windstil op De IJsverwachting. Na een mooie winterse periode met schaatsijs is het altijd weinig motiverend om hier nieuwe berichten te plaatsen als de dooi onverbiddelijk toeslaat en niet meteen van wijken weet. Maar aan het zachte intermezzo komt zo stilaan een eind. Vanaf de tweede helft van de komende week laten de weerkaarten weer wat winterse ontwikkelingen zien. Of die opnieuw tot schaatsijs zullen leiden, is nog lang niet zeker. Winterse neerslag lijkt er wel te gaan vallen, 's nachts gaat het opnieuw vriezen en de (hoge) Ardennen mogen zich opmaken voor een krokusvakantie vol sneeuwpret.

Gisteren vielen er op een aantal plaatsen wat buitjes met hagel en natte sneeuw, maar winterweer konden we dat bezwaarlijk noemen. Zeker niet in vergelijking met wat we midden januari voorgeschoteld kregen. Vandaag zondag heeft die tijdelijke noordelijke stroming alweer plaats gemaakt voor een strak westelijke. Vanavond en vannacht blijft het kwik stijgen, tot rond 8 à 9°C. We bevinden ons vannacht en morgenochtend in de warme sector van een depressie met kern in de omgeving van IJsland. Morgennamiddag passeert dan een zwak koufront en begint het kwik opnieuw te dalen. Niet dat het meteen al erg koud wordt. De minima liggen dinsdagochtend nog rond +4°C.

Dinsdag vallen er een aantal buien, die tegen de avond opnieuw een winters karakter krijgen. Dat komt omdat de depressie zich verplaatst van IJsland naar de Noordzee en Scandinavië. De stroming ruimt daardoor wat meer naar het noordwesten en de bovenluchten koelen af. De maxima liggen dinsdag nog rond 6 à 7°C. In de nacht van dinsdag op woensdag trekt in die noordwestelijke stroming een occlusiefront mee. In het westen van ons land zorgt dat voor vrij veel regen, in de hoge Ardennen voor een behoorlijk pak sneeuw, tot 10 cm of plaatselijk zelfs wat meer. De sneeuw die daar valt, smelt trouwens de eerstkomende tien dagen niet meer weg. In het Vlaamse binnenland kan er wat natte sneeuw vallen, maar die blijft niet liggen.
Woensdag overdag blijven er sneeuwbuien vallen in de hoge Ardennen, in Vlaanderen zijn dat eerst gewone regenbuien, omdat de bovenluchten tijdelijk opnieuw wat opgewarmd zijn. Woensdagavond kan er overal weer wat natte sneeuw vallen. De maxima liggen woensdag rond 4°C in Limburg en rond 5 à 6°C in het uiterste westen.


In de loop van de week mogen de Ardennen een mooi pakje sneeuw verwachten. In het laagland blijft het voorlopig bij regen of natte sneeuw.

Donderdag en vrijdag bouwt het hogedrukgebied van de Azoren een rug uit naar het noorden. Dat betekent dat de aanvoer van zeer zachte subtropische zeelucht afgesneden blijft. De extreme hoge maxima horen dus tot het verleden. Het blijft erg wisselvallig met in Vlaanderen van tijd tot tijd winterse buien. De maxima liggen nog rond +5°C, maar vanaf donderdagochtend gaat het op veel plaatsen opnieuw vriezen. Een tijdelijk sneeuwdekje hoort dan ook in Vlaanderen tot de mogelijkheden.

Zaterdag zou het Atlantische hogedrukgebied tijdelijk toenadering zoeken tot het Russische hogedrukgebied. Daardoor komt er lucht van continentale (en dus koude) oorsprong naar onze omgeving. Volgens het Europese weermodel zou daarna de luchtdruk boven Scandinavië hoog blijven. Dat moet dan garant staan voor vrij koud weer, met 's nachts lichte tot matige vorst en overdag licht positieve temperaturen. Maar het is nog te vroeg om die details nu al in te vullen. Hoe koud het precies wordt, zal onder meer afhangen van het feit of er al dan niet een sneeuwdek ontstaat. Voor winterliefhebbers wordt het in elk geval opnieuw wat interessanter op de weerkaarten.

Ardense sneeuwpret

Wie tijdens de krokusvakantie naar de Ardennen wil trekken om daar te langlaufen of wandelingen te maken in de sneeuw, heeft in elk geval goede vooruitzichten. Boven de 500 meter blijft het vanaf overmorgen permanent vriezen en valt er geregeld verse sneeuw bij. Vanaf volgend weekend vriest het er 's nachts streng, later mogelijk zelfs zeer streng (-15°C of lager). Bij het begin van de krokusvakantie zou er toch ruim 30 cm sneeuw moeten liggen in de Hoge Venen. Voor gegarandeerde sneeuwpret hoeft u dan dus niet per se naar de Alpen af te reizen.

maandag 28 januari 2013

Van winter naar wateroverlast?

De dooi is ondertussen met zelden meegemaakt enthousiasme ingevallen. Van de 12 centimeter sneeuw die zondagavond nog in Drongen lag, blijft er weinig meer over. Gisternamiddag en deze namiddag was het vrij zonnig, maar vannacht en morgenvoormiddag bereikt een erg actief front met veel regen en wind ons land. Er kan tot 20 liter per vierkante meter vallen. In combinatie met het smeltwater en de nog deels bevroren ondergrond, kan dat plaatselijk tot wateroverlast leiden. Ook woensdag valt er nog vrij veel regen. Met maxima tot 12°C is het wel erg zacht.

In de weerkamer kijken we met enige bezorgdheid naar de ontwikkeling van een randdepressie die ons komend weekend kan bereiken. Vrijdag ligt ze nog ten zuiden van Ierland, maar volgens een aantal modellen diept ze zich erg snel uit en komt ze onze richting uit. Rond deze kern staat veel wind en ze gaat ook gepaard met erg veel neerslag.
Trekt de kern pal over ons land, dan zullen we er al bij al erg weinig van merken. Trekt de kern ten noorden van ons langs, dan staat er veel wind en kan er erg veel regen vallen, tot enkele tientallen liters per vierkante meter. Het is dan wel zacht.
Passeert de kern ten zuiden van onze omgeving, dan wordt er tijdelijk wat koudere lucht aangevoerd. Koud genoeg om de regen tijdelijk te doen overgaan in natte sneeuw en voor een onaangenaam, papperig en zwaar sneeuwdek te zorgen.
Hoe alles precies zal verlopen, is nu nog niet in te schatten. Maar dat we deze week "dynamisch" en erg nat weer krijgen, dat lijkt wel vast te staan. Wie gerekend had op aangenaam voorjaarsweer na deze winterperiode, zal toch nog eventjes geduld moeten oefenen. Niet onlogisch, want we zitten nog altijd in het putje van de winter.

Het Europese weermodel berekende deze ochtend voor zaterdag een diepe depressiekern pal boven ons land. Afwachten wat dit uiteindelijk zal opleveren, maar de kans is klein dat het fraai voorjaarsweer zal zijn...

vrijdag 25 januari 2013

Dooi komt iets vroeger in het westen

Op het occlusiefront dat morgen ons land bereikt, heeft zich vrij onverwachts een aparte depressiekern gevormd. Dat is niet zo'n goed nieuws voor de schaatsers, want het betekent dat de wind een halve dag vroeger dan voorzien de westelijke sector opzoekt en dat er morgenmiddag al zachte lucht naar het westen van Vlaanderen stroomt. Morgen zaterdag wordt dus een minder mooie schaatsdag dan eerst verwacht.

Aan de kust begint het morgenochtend te sneeuwen. Die sneeuwzone trekt het binnenland in en bereikt nog voor de middag Oost-Vlaanderen. Verder landinwaarts verpietert ze wat. Op het eind kan de sneeuw al overgaan in smeltende sneeuw of (aanvriezende) regen. Het kwik wordt al vrij snel positief en ligt in de namiddag tussen 0 en +3°C in het westelijk deel van Vlaanderen. In het oosten blijft het waarschijnlijk wel lichtjes vriezen.
Tegen de avond koelt het tijdelijk overal weer wat af, maar rond middernacht komt dan de definitieve dooiaanval op gang met veel regen en wind. Omdat het eerst weer wat vriest, kan dat eventjes voor gevaarlijke toestanden zorgen. Zondagmiddag is het gevaar overal geweken, ligt het kwik in heel Vlaanderen ruim boven het vriespunt en is deze mooie winterse periode verleden tijd.

donderdag 24 januari 2013

Drie, twee, één... dooi!

Nog drie mooie schaatsdagen hebben we te gaan voor de dooi zondag onverbiddelijk toeslaat. Vooral vandaag is het prima schaatsweer: weinig wind, lichte vorst en zelfs nu en dan een zonnetje erbij. Ook morgen vrijdag zijn de omstandigheden nog goed, al lijken er dan wat meer hardnekkige wolkvelden te zijn. Zaterdag blijft het nog vriezen, maar dan steekt de wind een tandje bij en kan er wat lichte sneeuw vallen. In de nacht van zaterdag op zondag begint de definitieve dooiaanval. Die zet meteen zo stevig door, dat er van schaatsen op zondag nog weinig sprake zal zijn.

Een indrukwekkende depressie boven de Atlantische Oceaan maakt zondag een eind aan de winter in onze omgeving en later in vrijwel heel Europa.

Zelden liet een dooiaanval zich zo lang op voorhand duidelijk aankondigen op de weerkaarten. Gangmaker van het zachtere weer is een ongewoon diepe depressie die zich ontwikkelt op de Atlantische Oceaan, met een kerndruk die zakt tot 930 hPa. Daar is geen winters kruid tegen gewassen. De lichte sneeuw die zaterdag valt, komt uit het occlusiefront van een randdepressie. Tegen die schuchtere dooiaanval kan ons winters hogedrukgebied wel nog weerstand bieden. Daarna volgt het warmfront van de mega-depressie en dat walst in onze omgeving zonder problemen over de verdedigingstroepen van de wijkende Koning Winter heen.

In de nacht van zaterdag op zondag begint het te regenen. In eerste instantie kan die regen nog onderkoeld zijn of aanvriezen. Lang duurt dat niet, want zondag rond de middag ligt het kwik in het westen van Vlaanderen al rond +4 à +5°C. Er valt ook een hele plens regenwater, zodat er al snel een paar centimeter water op de ijsvloer komt te staan.
Los van het feit dat het bijzonder onaangenaam is om te schaatsen in zulk dooiweer, is het ook ten stelligste af te raden. Zelfs als  de dikte eerst nog gelijk blijft, verliest een dooiende ijsvloer al heel snel veel van zijn draagkracht, omdat de structuur brozer wordt en het ijs aan de scheuren niet meer aan elkaar vast haakt. Van zodra er water op het ijs komt te staan, blijf je er beter af.

Maar goed, zo ver is het dus nog niet. Eerst kan er nog drie dagen volop geschaatst worden. Toon daarbij alsjeblief respect voor het milieu. De ijsmeesters van de Kraenepoel vertelden mij dat ze vorig jaar vlak voor de dooi maar liefst zes volle vuilniszakken met zwerfvuil van het ijs hebben gehaald, daar achtergelaten door schaatsers en ijswandelaars: lege blikjes, flesjes, koekjesverpakkingen en vooral ook veel sigarettenpeuken. Dat kan dus echt niet. Al dat vuilnis drijft na de dooi in het water, of zakt naar de bodem. Het getuigt ook van weinig respect voor de ijsmeesters. Na hun hard labeur om de ijsvloer in goede staat te houden, mogen ze zich als "dank" ook nog eens een volledige dag bukken om andermans peuken en andere viezigheid op te rapen. Neem alle afval gewoon zelf mee van het ijs en gooi het in de vuilnisbakken op de oever, of neem het mee naar huis.

Ziezo, genoeg gepreekt voor vandaag. Geniet van de dagen die komen en wees voorzichtig op zondag. Veel schaatsplezier!