maandag 11 januari 2016

Naar een kouder weertype, maar onzekerheid blijft

De grote lijnen van de verwachting van gisteren blijven nog altijd overeind (zie hieronder): eerst wisselvallig met winterse buien, daarna stijgende luchtdruk in onze omgeving waardoor het op zijn minst tijdelijk wat kouder of zelfs winterser wordt met lichte tot matige vorst en maxima rond het vriespunt.

Of de neerslag vanaf donderdag in Vlaanderen als regen dan wel als sneeuw zal vallen, is nog altijd moeilijk te zeggen. Het Europese weermodel schat voorlopig in dat er 10 procent kans is dat er in de nacht van donderdag op vrijdag in de omgeving van Gent sneeuw zal vallen. Het model gebruikt daarvoor de ensemble-techniek en houdt daarbij zowel rekening met de neerslagverwachting (valt er wel neerslag die nacht?) als met de neerslagsoort (àls er neerslag valt, kan dat ook regen zijn).

De temperatuurspluim voor zuid-Nederland (bron: weerplaza.nl)


Voor veel weeramateurs is het een deel van de hobby om vol spanning elke nieuwe operationele run van de weermodellen af te wachten en uitgebreid te bespreken tot tien dagen in de toekomst. In de professionele weerkamer worden de verwachtingen voor dag 4 of later zelden of nooit drastisch aangepast aan één nieuwe run. Dat zou leiden tot erg springerige verwachtingen en daar is niemand bij gebaat. Voor de verwachtingen van de eerste 2 dagen worden vooral de kleinschalige modellen én nowcasting gebruikt. Voor dag drie en vier worden de berekeningen van de globale modellen gebruikt, waarbij zeker voor de vierde dag al rekening wordt gehouden met de ensembles.
Vanaf de vijfde dag is het erg onverstandig om één operationele berekening te volgen en/of al te grote veranderingen aan te brengen aan de verwachting op basis van één nieuwe run, maar wordt het ensemble de leidraad voor het opstellen van de verwachting. Zelfs een té afwijkend nieuw ensemble wordt dan met de nodige argwaan bekeken.


Geen opmerkingen:

Een reactie posten